Toscane produceert ongeveer 3 miljoen hl wijn. Het landschap is er veelal heuvelachtig met wijngaarden op de hellingen tussen 150 en 500m hoogte. De Sangiovese druif is de belangrijkste druif en voelt zich thuis op de steile, zonnige hellingen en arme grond. De grote verschillen tussen dag- en nacht-temperatuur zijn belangrijk voor het ontwikkelen van de aroma’s. Sangiovese vormt de basis van de kwaliteitswijnen in de Chianti Classico, in de Vino Nobile di Montepulciano en de Brunello di Montalcino. Trebbiano is voor de witte wijnen wat Sangiovese voor de rode wijnen is. Geroemd voor zijn hoge productiviteit en zijn hoge aciditeit in warme regio’s, is deze druif wat uit de belangstelling en wordt ze nu vooral voor de Vin Santo gebruikt. In de jaren 70 hadden we de opkomst van de SuperTuscans, wanneer wijnbouwers begonnen te experimenteren met Cabernet , Merlot, Syrah al of niet in combinatie met Sangiovese. Dit resulteerde in wereldbefaamde wijnen zoals Sassicaia en Tignanello.
